Zaterdag 1 juni vond LIVEX plaats, een grote evacuatie-oefening op zee, met opvang en zorg aan de geëvacueerde passagiers in de haven van IJmuiden. Daarbij werden zowel Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB) als de slachtofferopvang met psychosociale hulpverlening geoefend. Het was een enerverende oefening, waarbij door alle deelnemers en organisaties veel geleerd is. Aan de oefening namen ruim 800 mensen deel; ruim 500 als acteur, figurant of ‘slachtoffer’ en ruim 300 mensen (crisisfunctionarissen) maakten deel uit van de oefenstaf.
De oefening was een gezamenlijk project van de kustwacht en Veiligheidsregio Kennemerland. Er werd zowel op zee als aan land geoefend. In het scenario kwam een cruiseschip 5 kilometer uit de kust in de problemen doordat een brand niet onder controle was te krijgen. Toen er meer dan 30 slachtoffers waren, nam de kapitein contact op met het kustwachtcentrum in Den Helder. Via de Meldkamer Noord-Holland werd een brede hulpverlening opgestart. Er werd opgeschaald naar GRIP 1, het eerste opschalingsniveau van de multidisciplinaire crisisorganisatie.
Hulp op zee en GGB
Al snel kwamen hulpdiensten van de KNRM (Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij), het Search & Rescueteam van de kustwacht en een gespecialiseerd brandweerteam uit Rotterdam in actie. Vanuit de GHOR-crisisorganisatie spoedde de Officier van Dienst Geneeskundig (OvD-G) zich naar de KNRM-locatie aan de Haringkade van IJmuiden, waarnaartoe de geëvacueerde passagiers werden gebracht. Ter plekke gaf de OvD-G leiding aan de Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB). Dit proces wordt opgestart bij een hoog aantal slachtoffers. De eerste slachtoffers werden bij aankomst getrieerd door medewerkers van ambulancezorg zodat ieder slachtoffer de juiste hulp kreeg en zo nodig snel naar een ziekenhuis kon worden gebracht. Ambulancediensten en het Rode Kruis werden hierin bijgestaan door het Mobiel Medisch Team. Het noodhulpteam van het Rode Kruis behandelde lichtgewonde slachtoffers en hun vervoer. Als oefenleiding werd de manier waarop gewerkt werd steeds goed bekeken en beoordeeld.
Van GRIP 1 naar GRIP 2
Na enige tijd bleek in het oefenscenario dat de ferrybrand niet onder controle was te krijgen, waarop de kapitein besloot tot een grootschalige evacuatie en werd er opgeschaald naar GRIP 2. Vervolgens werd in Haarlem een Regionaal Crisiscentrum ingericht, waarin een Operationeel Team bij elkaar kwam. Ook deze crisisfunctionarissen werden tijdens LIVEX beoefend.
Opvanglocatie voor ongedeerde passagiers
Het tweede onderdeel van de oefening aan wal was de opvang van ongedeerde passagiers. De ongedeerde passagiers werden vanaf de kade met bussen naar de opvanglocatie, de DFDS-ferryterminal, gebracht. Daar was door Bevolkingszorg Kennemerland, de crisisorganisatie van de negen gemeenten, DFDS-ferry’s en het Rode Kruis een Opvang & Herenigingslocatie ingericht. Hier kwam onder leiding van GHOR Kennemerland een team voor psychosociale (PSH) hulpverlening in actie. Dit team keek naar de mentale en emotionele gesteldheid van de slachtoffers en zorgde voor de juiste zorg. Op deze locatie werden de mensen zo snel mogelijk herenigd met hun dierbaren. Ook oefenden medewerkers van de Koninklijke Marechaussee mee voor het grenscontroleproces.
Realistisch samen oefenen werkt
Ook bij een echt incident komen dit soort processen op gang en moeten veel verschillende soorten hulpverleners met specifieke deskundigheid goed met elkaar samenwerken. Dit was dan ook de bedoeling van deze oefening en we kunnen zeggen dat de voorgenomen doelen van de oefeningen zijn behaald. Door regelmatig realistisch te oefenen kunnen Veiligheidsregio’s met alle samenwerkende hulpverleners en partners in actie komen bij rampen en incidenten om inwoners steeds te helpen wanneer dit nodig is.
Foto: Jeffrey Koper